Auteur Archief
Geduld, vertrouwen en leren loslaten
Het sluiten van huwelijken, het schrijven van (levens-) verhalen daar ligt al heel lang mijn passie. Sinds kort bied ik ook mijn diensten als uitvaartspreker aan, een voor mij logische aanvulling op het vak van trouwambtenaar.
Al heel lang weet ik, dat ik niet meer thuis hoor bij mijn werkgever Belastingdienst in Hoorn. Eind november 2015 nam ik, in overleg met mijn gezinsleden, het besluit mijn baan daar op te zeggen. Een grote stap, waarbij zekerheden worden losgelaten, maar ook een stap die leidt naar het pad dat ik gevoelsmatig behoor te gaan.
Bij toeval kwam er begin dit jaar een regeling waarbij de medewerkers die ‘de dienst’ willen verlaten een stimuleringspremie meekrijgen. Het is voor mij nu wachten op de vaststellingsovereenkomst, waarmee mijn eindedienstverband wordt ingeluid. Voor mij kruipen de maanden voorbij en soms heb ik het onredelijke gevoel dat alles stil staat, terwijl ik zo graag vooruit wil.
In de zomer van 2014 stuurde ik een open sollicitatie voor de functie van trouwambtenaar naar de gemeente Purmerend. Ik kreeg keurig een bericht dat ze op dat moment niemand nodig hadden en dat zij mijn gegevens een half jaar in portefeuille hielden.
Op een zaterdag in september 2015 sloot ik een huwelijk in een tuin in Volendam. Na afloop kwam een tante van de bruid naar mij toe en complimenteerde mij met de wijze waarop ik de ceremonie vorm had gegeven. Zij was teammanager Burgerzaken bij de gemeente Purmerend en herinnerde zich mijn naam van een goed jaar daarvoor.
Begin december kwam er een uitnodiging via de mail naar aanleiding van mijn sollicitatie van lang geleden. Ze hadden mijn gegevens uiteindelijk toch bewaard. Eind januari had ik een ontspannen en vrijblijvend gesprek met de betreffende teammanager en een coördinator van Burgerzaken.
Begin maart volgde een gesprek met twee andere medewerkers van de gemeente Purmerend. Daarna ging alles in een sneltreinvaart en werd mijn benoeming een feit. Met ingang van 1 mei a.s. mag ik mij Buitengewoon Ambtenaar van de Burgerlijke Stand in de gemeente Purmerend noemen.
Geduld en vertrouwen, dat zijn de woorden die de laatste maanden helemaal op mij van toepassing zijn. Ik ervaar deze fase in mijn leven als een periode van leren loslaten, waarin ik het universum, het lot, het toeval (noem het zoals je wil) hun werk laat doen.
Een vriendin zei deze week tegen mij:
‘Er wordt voor je gezorgd.’ Dat vind ik een mooie gedachte en wat mij betreft is hij nog waar ook.
Droombeeld
Bij het wakker worden besef ik direct; vandaag gaat het gebeuren. In de badkamer klinken vrolijke, maar valse noten. Mijn toekomstige echtgenoot zingt vol overtuiging ‘Marry You’ van Bruno Mars. Zijn zware stemgeluid weerkaatst tegen de marmeren tegels en ik hoor het water om hem heen kletteren. Normaal gesproken stoor ik mij mateloos aan zijn zangkwaliteiten, vandaag heb ik geen zin om mij hier lang aan te ergeren. Ik weet dat hij even onder de warme stralen blijft staan. Dat geeft mij de gelegenheid mijzelf ongestoord uitgebreid te inspecteren. Een ochtendritueel dat ik er sinds ‘de verbouwing’ op na houd.
Met een soepele beweging stap ik uit mijn waterbed, waarin ik mij warm en geborgen voel. Mijn naakte lichaam schrikt van het temperatuurverschil en de haartjes op mijn armen staan spontaan omhoog. Ik open de gordijnen en het ochtendlicht vult de kamer met een warme gloed. Het zonnetje voelt aangenaam en langzaam verdwijnt mijn kippenvel. Ik ga zo dicht mogelijk bij de grote spiegel staan en beweeg mijn hoofd van links naar rechts en weer terug. Ik strijk met mijn wijsvingers aan weerszijden van mijn slapen tot het puntje van mijn kin. Ik volg het fijne, bijna onzichtbare litteken achter mijn oren. Mijn handen glijden naar beneden en wegen mijn stevige en volle borsten. Daarna draai ik mij een kwartslag en bewonder de afgeslankte vorm van mijn dijen. Die liposuctie was met stip de pijnlijkste ingreep van allen, maar ook dit resultaat mag er zijn. Tevreden met wat ik zie, gooi ik mijn lange, koperrode haardos over mijn afgetrainde schouders.
Het beeld dat ik iedere ochtend keur, bevalt mij iedere dag meer. Nadat ik gebruik heb gemaakt van ons separate toilet, trek ik mijn ondergoed en sportkleding aan. Ik pak mijn yogamatje en rol het uit, klaar om de dagelijkse workout te doen. Mijn trainingsschema heb ik net afgerond wanneer Hans, mijn aanstaande, in adamskostuum de slaapkamer binnenstapt. Er glinsteren druppels op zijn niet getrainde lijf. Ze rollen langzaam over zijn cup C naar beneden en eindigen op zijn buik die er uitziet alsof hij vier maanden zwanger is. Ik wend mijn blik af, maar hij trekt me naar zich toe, kust me op de mond en geeft me een pets tegen mijn billen.
‘Tash, wat ben je toch een lekker ding, nog een paar uurtjes en je bent officieel van mij.’
Hij weet dat ik het niet kan uitstaan dat hij mijn naam afkort, maar hij flikt het telkens weer. Ik tover een gemaakte glimlach op mijn opgespoten lippen en kroel quasi liefkozend door zijn uitdunnende kruin.
‘En jij van mij,’ zeg ik schalks. ‘En je weet het, hè lieverd: het is Na-tas-ha, met wie je vandaag trouwt.’
Zijn bulderende lach achtervolgt mij, terwijl ik de badkamer inloop. Mijn kapsel is voorzien van de nodige extensions en haren wassen is hierdoor een zware klus. De shampoo is nog niet helemaal uitgespoeld en ik voel dat de opgeplakte nagel van mijn rechter ringvinger heel gemeen los wordt getrokken.
‘Gadverdamme!’ Hoe bestaat het dat het mij uitgerekend vandaag een acrylnagel kost. Ik laat de douche lopen en ga op zoek naar een pincet. Het stromende water op de achtergrond maakt mijn entree in onze slaapkamer geluidloos. Hans staat met zijn rug naar mij toe, zijn mobiel aan een oor.
‘We moeten ophangen, want straks komt die teef eraan. Ik hou van je, nog even volhouden!’
Ik weet niet wat ik hoor en voel ontzetting, verbijstering en nijd. Vanuit mijn maag voel ik een stroom van onbeheerste woede opkomen die zich wil uiten in een waterval van lelijke woorden. Bijna stort ik mij letterlijk van kwaadheid op Hans, maar ik beheers me. Iets houdt mij tegen, mijn hersenen maken overuren en de adrenaline tintelt door mijn lijf. Mijn lippen pers ik op elkaar en mijn vuisten ballen zich samen.
Concentreer je, denk om je ademhaling, beheers je. Ik ontspan mijn mond en open mijn vuisten tot mijn vingers gespreid zijn. Dit scenario staat niet in mijn zorgvuldig uitgewerkte draaiboek. Ik ben zo dichtbij mijn doel gekomen, moet ik hem confronteren met wat ik net opving? Hans draait zich om en ik zie vluchtig een schuldige en betrapte blik in zijn ogen.
‘Stoor ik je in een goed gesprek lieverd?’ vraag ik hem plagerig.
‘Tuurlijk niet schatje, niets om je zorgen over te maken. Ben je klaar met douchen?’
Met een pruillip vraag ik hem of hij mij wil verlossen van de ongewenste gast in mijn natte kapsel. Hans heeft enorm grote handen, maar heel voorzichtig en met veel geduld en precisie pulkt hij mijn afgebroken nagel uit mijn haren. Heupwiegend, ik kan het niet laten om hem uit te dagen, loop ik terug naar de badkamer. Met een handdoek wrijf ik een kijkgaatje op de beslagen spiegel, zodat ik mijn gezicht kan zien. Aan de buitenkant herinnert niets meer aan de oude ik, maar hoe zit het met de binnenkant? Onder de douche was ik de laatste shampoo weg en tegelijkertijd word ik overspoeld door herinneringen.
Ik ben zestien, zit in de vierde klas van de middelbare school en ben smoorverliefd op Floris. Hij behoort tot de populaire kinderen, een groep waar ik ook graag bij wil horen. Mijn hele leven ben ik het rustige, stille en meegaande meisje. De ideale leerlinge, nooit problemen, onopvallend.
Aan het eind van het schooljaar is er een schoolfeest in de plaatselijke schouwburg. Wat ik wens gebeurt; Floris vraagt me mee als zijn date. Hij heeft mijn signalen, die ik al het hele jaar naar hem uitzend, opgevangen. Ik ben zo uitzinnig van vreugde, dat ik geen moment twijfel aan zijn bedoelingen. Vol trots vertel ik het grote nieuws aan mijn ouders, maar deze reageren niet zoals ik hoop.
‘Denk je dat hij echt met je uit wil Tanja?’, vraagt mijn moeder.
Ik kijk haar verbaasd aan. ‘Hoe bedoel je dat?’
‘Nou,’ zegt mijn moeder ‘Floris hoort bij de populaire kinderen.’
‘Ja en, wat bedoel je daarmee? Dat het niet mogelijk is dat hij mij, het simpele, slome, te dikke meisje ziet staan?’
‘Tanja, zo bedoelen we het niet,’ sust mijn moeder. ‘We willen niet dat je teleurgesteld wordt.’
‘ Hoe kom je erbij om zoiets te denken, vinden jullie dat ik te min ben of dat ik het niet waard ben?’
Boos en beledigd verlaat ik stampvoetend de woonkamer. De deur smijt ik zo hard dicht, dat ik even bang ben dat het raampje eruit springt. Ik sluit me die avond in mijn slaapkamer op, vastbesloten niet naar hen te luisteren. Mijn ouders zijn zo verstandig er niet meer over te beginnen. In de weken die volgen, bereid ik mij voor op dé avond. Met mijn beste vriendinnetje Simone ga ik de stad in om een galajurk te kopen. Bij de kapper laat ik highlights in mijn haar verven. De moeder van Simone is goed in het opsteken van haar en zij neemt mij de middag voor het gala onder handen.
De moeder van Floris is een paar jaar geleden overleden. Zijn vader is bankier, voedt Floris alleen op en zorgt ervoor dat zijn zoon financieel niets te kort komt. Floris haalt mij thuis op met de auto van zijn vader. Ik wacht hem op bij ons tuinhekje, omdat ik niet wil dat hij mijn ouders ontmoet. Mijn vader zal het niet kunnen laten om iets idioots te zeggen in de trant van: ‘Goedenavond jongeman, wat zijn je bedoelingen met mijn dochter?’ Daar moet ik echt niet aan denken, bij het idee alleen al schaam ik mij kapot.
De bewuste dag dansen de vlinders vrolijk rond in mijn lichaam en van de opwinding krijg ik de hele dag geen hap door mijn keel. Keer op keer bekijk ik mijn spiegelbeeld en ik ben meer dan tevreden met het resultaat. Het corrigerende ondergoed onder mijn lange jurk werkt mijn overtollig vet egaal weg. Ik voel me een prinses en zo behandelt Floris mij ook. Hij kust mijn hand als begroeting en overhandigt mij een polscorsage die ik meteen ombind. Behulpzaam helpt hij mij in de auto waar ik uiteindelijk, door mijn iets te strakke jurk, onelegant op de passagiersstoel terecht kom.
Vanaf het moment dat wij samen de schouwburg in lopen groeit mijn zelfvertrouwen. Floris heeft duidelijk afstand genomen van het populaire groepje. Vanavond doet hij alsof ze niet bestaan. Ik voel mij zo zelfverzekerd dat ik vooral de meiden die tot die groep behoren graag recht in het gezicht wil kijken. Bij iedere poging die ik daarvoor onderneem slaan zij hun ogen neer. Ik voel mij een overwinnaar, Floris heeft voor mij gekozen. Achteraf sla ik mijzelf letterlijk voor mijn hoofd, hoe kon ik zo blind zijn. Hoe heb ik al die signalen gemist. De avond die begint als een droom, eindigt in een nachtmerrie. Twaalf jaar geleden heette ik nog Tanja. Toen ik mijn metamorfose achter de rug had, hoorde daar een nieuwe naam bij. Het werd Natasha.
Ik sta zo lang onder de douche dat de boiler leeg raakt, ik draai de kraan dicht en stap de cabine uit. Met een zalige ruwe badhanddoek droog ik mij af, waarna ik een huispak aantrek. Ik heb alle tijd voor de voorbereidingen van mijn trouwdag. De ceremonie vindt om 16.00 uur plaats en nu is het 10.00 uur. De kapper en de visagist komen over een uur.
Dan gaat de deurbel en ik hoor hoe Hans de deur opent voor mijn nagelstyliste. Wat slim van mij om ook haar op deze dag thuis te laten komen. We nemen plaats aan de eettafel en terwijl zij een verhaal over haar ex-man afsteekt, dwalen mijn gedachten weer af naar twaalf jaar geleden.
Floris en ik lopen de feestzaal binnen en ik zie dat de dansvloer overvol is. Na de laatste tonen van een disconummer wordt er een schuifelnummer opgezet ‘The Lady in Red’. Floris neemt mij bij de hand. Hij trekt mij mee achter de coulissen en samen lopen wij het trapje van het toneel op. Hier hebben we alle ruimte en privacy. Hij slaat zijn armen om mijn middel en trekt mij iets naar zich toe, met onze voorhoofden tegen elkaar aan schuifelen we op het ritme van de muziek.
Plotseling fluistert Floris in mijn oor: ‘Ik heb een verrassing voor je, blijf staan en doe je ogen dicht. Denk erom hoor, stil blijven staan.’
Door de geluiden vanuit de zaal kan ik niet alles plaatsen wat ik hoor. Het klinkt alsof er meerdere mensen het toneel opkomen, ik kan niet wachten tot Floris het seintje geeft dat ik mijn ogen mag openen. Eindelijk hoor ik zijn verlossende woorden: ‘Je mag kijken.’ Terwijl ik vol opgewonden spanning om me heen kijk, gebeurt er heel veel. Het toneelgordijn schuift open, de spotlights gaan aan, iemand besluipt mij, pakt mijn jurk van achteren vast en trekt deze met een ruk kapot en naar beneden. Er dringen verschillende reacties uit de zaal tot me door: schrik, verontwaardiging, gegniffel. Het groepje populaire kinderen, met Floris erbij lachen mij keihard uit. Ze wijzen, proesten en slaan zich op de knieën en elkaar op de schouders. Dan dringt tot me door hoe ik erbij sta: in niets anders dan corrigerend ondergoed en hoge hakken. Mijn jurk ligt als een zielig hoopje aan mijn voeten. Ik voel me tot op het bot vernederd. Moet ik huilen, schreeuwen, wegrennen, Floris in elkaar meppen? Ik doe niks van dit alles, ik stap uit mijn jurk en met opgeheven hoofd loop ik langs het groepje richting het trapje. Als ik oog in oog met Floris sta, sis ik hem toe: ‘Hier krijg je spijt van.’
Mijn vriendin Simone komt naar mij toe en slaat een jas om mij heen. Ze wil wat tegen me zeggen, maar ik onderbreek haar meteen: ‘Zeg maar niets Simone. Laat me even.’ Docenten lopen naar mij toe. Met een ijzige blik laat ik weten dat ze beter uit mijn buurt kunnen blijven. Ze draaien zich om en stappen op Floris af, die verbaasd zijn schouders optilt. Hij wijst naar de daders en de docenten richten zich op hen. Simone en ik lopen zwijgend naar de uitgang. Floris ontspringt de dans en ontloopt een berisping van de schoolleiding door alle schuld bij de meiden uit zijn groepje te leggen. Ondertussen kan ik maar aan een ding denken: wraak op hem. Ik weet dat het zijn idee is geweest en dat ik er met open ogen ben ingetuind. Hij gaat boeten voor wat hij mij geflikt heeft. Nooit heb ik vermoed dat ik zo haatdragend kan zijn. Avonden lig ik wakker, pen en papier naast mij waarmee ik ideeën uitschrijf. Mijn ultieme plan zit er niet tussen, ik kras ze allemaal door. Tot ik het op een avond duidelijk voor me zie. Ik ga het rijkeluiskindje dat afpakken waar hij het meest waarde aan hecht: zijn geld, of liever gezegd het geld van zijn vader. Er ontspint zich een plan in mijn hoofd en ik kan niet wachten om het uit te voeren. Niets overhaasten Tanja, dit heeft tijd nodig. Alleen dan lukt het je.
‘Mevrouw Bos, hoort u mij? Ik voel een hand op mijn schouder en de vriendelijke stem herhaalt de vraag. Met veel moeite open ik mijn ogen, ze voelen alsof er met vuisten op geslagen is. Mijn lijf voelt sowieso alsof ik aan een bokswedstrijd heb meegedaan. De vrouw die bij de stem hoort draagt een verpleegstersuniform.
‘De operaties zijn achter de rug, mevrouw Bos.’
‘Wilt u een slokje water?’
Mijn keel voelt rauw aan, met een rietje neem ik gulzig een slok van het water dat ze mij aanbiedt en verslik mij erin. De hoestbui veroorzaakt pijnscheuten in mijn gezicht en mijn bovenbenen. Mijn bewustzijn ontwaakt, ik herinner me dat de anesthesist mij vertelde dat dromen tijdens de narcose niet kan, maar wel tijdens het wakker worden er na. Ik ben nog steeds Tanja en geen Natasha. Dit is niet mijn trouwdag, maar de dag van mijn eerste cosmetische ingrepen. Mijn handen liggen onder de deken en vinden de zijkant van mijn pijnlijke heupen.
‘Dat is het drukverband, u zult het zo’n zes weken moeten dragen.’
‘Het voelt bijna zo straks als corrigerend ondergoed, ‘ zeg ik hees.
‘Dat hoeft u nooit meer te dragen,’ antwoordt de verpleegster lachend.
‘Ik laat u even alleen, de arts komt zo de eerste controle uitvoeren. Ik zet de radio voor u aan, dan voelt u zich minder alleen.’
Today is the beginning of the rest of your life. Dat heb ik altijd een mooie spreuk gevonden en vandaag is hij voor mij waarheid geworden. Ik ben een stapje dichter bij mijn doel gekomen. Jaren leef ik naar dit moment toe, elke cent die ik kon sparen zette ik opzij.
Met een nieuw uiterlijk en identiteit ga ik de vader van Floris verleiden, om uiteindelijk als zijn vrouw het leven van mijn stiefzoon zuur te maken door al het geld er doorheen te jagen. Op de achtergrond klinkt het nieuwsbericht van 16.00 uur, het glijdt langs mij heen tot ik de volgende woorden bij mij naar binnen voel komen:
‘Bankier Hans van Henegouwen en zijn enige zoon Floris zijn vanmorgen bij een eenzijdig ongeval om het leven gekomen. Hun auto raakte door nog onbekende oorzaak van de weg. Vader en zoon waren volgens de politie op slag dood.’
Een enorme lachbui borrelt in mij op, ik kan hem niet tegenhouden. Ik schud heen en weer en mijn onbeheerst gelach veroorzaakt scheurtjes in de hechtingen bij mijn ogen. Mijn droombeeld barst letterlijk kapot.
‘Music was my first love…
…and it will be my last‘, gelukkig heb ik dit nummer nog nooit tijdens een huwelijksvoltrekking voorbij horen komen. De taal van muziek is internationaal en geeft een mooie, persoonlijke toon aan een trouwceremonie. De een gaat voor de tekst en de ander voor het instrumentale gedeelte van een lied: van Racoon tot Rammstein, van Bob Dylan tot Disney en van Bob Marley tot Bette Midler, ze komen allemaal voorbij.
Live muziek is natuurlijk helemaal speciaal en dit heb ik al een paar keer mee mogen maken: een broer en vader van de bruid die zingen, een bruidegom die een zelf geschreven lied voor zijn bruid zingt en zichzelf daarbij begeleidt, een bekende tekstschrijver die op verzoek van een bruidegom een lied voor en over de bruid heeft geschreven en uitvoert.
Muziek tijdens jullie huwelijksceremonie kan worden gespeeld bij binnenkomst, wanneer je bijvoorbeeld wordt weggeven door je vader. Bij ‘Butterfly kisses’ van Bob Carlisle en de tekst: ‘Oh with all that I’ve done wrong, I must have done something right to deserve her love every morning and butterfly kisses’, maar ook bij: ‘Ik knipper mijn ogen en zie hoe haar hart nu voorgoed van een ander is’ uit ‘Dochters’ van Marco Borsato houd ik het zelfs niet droog.
Het is ook altijd prettig voor alle aanwezigen als er tijdens het ondertekenen van de akte een muziekje wordt gedraaid. De meeste mensen weten dan niet of ze wel of niet mogen praten. Iedereen is dan opgelucht als blijkt dat ze er niet als bevroren en muisstil bij hoeven te zitten.
Aan het einde van de bijeenkomst in de trouwzaal is het leuk om vast een voorzet te geven tot de sfeer van de rest van de dag. Met liedjes als ‘Get the party started’ en ‘Brand new day’ kan het dak eraf.
Een van mijn bruidsparen, een lief maar stoer stel, kwam aangereden op de motor met zijspan. Het gebrul van de motor werd overstemd door de inspirerende klanken van ‘High way to hell’. Dat is wat mij betreft nou humor.
Er zijn twee momenten met muziek tijdens de ceremonie die mij altijd bij zullen blijven. Een paar jaar geleden deed ik mee met een flashmob in de trouwzaal op het nummer ‘Marry you’ van Bruno Mars. Een nichtje van het bruidspaar begon te zingen en dansen en als een wave begonnen alle aanwezigen in de zaal één voor één mee te doen, ook de trouwambtenaar.
Vorige maand verbond ik een stel in de echt waarbij Kinderen voor Kinderen als een rode draad door hun beide levens liep. Met een aangepaste tekst op ‘Wakker met een wijsje’ kreeg ik alle aanwezigen in Het Oude Stadhuis van Edam aan het zingen.
Het liedje van mijn man en mij is: ‘Angels‘ van Robbie Williams. Ik ben benieuwd wat jullie liedje is. Ga er samen lekker een avondje voor zitten en kom je er niet uit, dan kan je altijd terug vallen op John Miles, je hoeft alleen de tekst een beetje aan te passen in:
‘Music was my first love, but you will be my last’.
Mei, de trouwmaand
Mei 2015 was voor mij de trouwmaand. Zeven huwelijken heb ik afgelopen maand voltrokken. Een als zelfstandig trouwambtenaar, 3 voor de gemeente Zeevang en 3 voor de gemeente Edam-Volendam.
In januari van dit jaar bezocht ik een trouwevent in het AZ stadion. Ik ontmoette daar een trouwambtenaar uit Friesland, die als ondernemer op de beurs stond.
We raakten aan de praat en wisselden contactgegevens uit. Begin april kwam er een berichtje van haar: of ik in de gelegenheid was om op 1 mei een ceremonieel huwelijk te voltrekken. Door een misverstand tussen haar en het bruidspaar had zij al een andere afspraak staan en het bruidspaar had daardoor, 4 weken voor de grote dag, geen zelfstandige BABS.
Op eerste Paasdag heb ik aanstaande bruid en bruidegom bij mij thuis uitgenodigd voor een kennismakingsgesprek. Het klikte en de week daarop ben ik bij hen thuis geweest in Heerhugowaard. Na de nodige informatie van hen verzameld te hebben kwam 1 mei in zicht. Ik meldde mij, net als alle daggasten, op de afgesproken verzamelplek: een parkeerplaats in Groet. Daar werd het hele gezelschap, inclusief bruid en bruidegom en 20 klapstoeltjes en koelboxen met champagne, in de Zonnetrein gehesen. We reden door de Schoorlse Duinen waarbij de eigenaar en chauffeur van het treintje regelmatig stopte om ons te trakteren op informatie over het prachtige duingebied.
S&W waren echte buitenmensen en hadden er daarom voor gekozen zich onder een schitterende boom ceremonieel aan elkaar te verbinden. Het wettelijk huwelijk had die ochtend al ergens anders plaatsgevonden, in spijkerbroek en sweatshirt. Daar onder die boom stonden ze dan: hij in een prachtig zwart pak, voor de gelegenheid had hij zijn haar een stuk korter laten knippen, waardoor zijn mooie krullen goed uitkwamen. Pure liefde vond ik dat: want dat was een van de uiterlijke kenmerken van hem waarvoor zij viel en ze hoopte zo dat hij zijn haar weer eens los zou dragen en niet in een staartje (al hoewel dat haar idee was).
Het bruidje had een zomerse, lange, straks langs het lijf vallende witte trouwjurk aan. Ze moest alleen zo bibberen, deels van de kou en deels van de zenuwen, dat ze de hele ceremonie een roze gebreide stola om had geslagen. Na de ceremonie dronk ik natuurlijk een glaasje Jip & Janneke champagne mee, waarna ik weer keurig werd afgezet bij mijn auto.
Op 13 mei trouwde ik F&J in het kinderboekenmuseum het Schooltje van Dik Trom in Etersheim, na afloop werd ik mee gevraagd naar De Breek in Etersheim voor champagne en door de bruid zelfgemaakte bruidstaart. Ik heb eerst nog geholpen met het uitserveren van de taart en heb daarna als beloning genoten van een zalig stuk bruidstaart.
Vrijdag 15 mei 2015 om 15.15 uur, ja inderdaad de meest populaire trouwdatum en -tijd van dit jaar mocht ik H&R in Kwadijk om hun jawoord vragen. Bruidegom R was van plan om een persoonlijk woordje tot zijn aanstaande te richten, maar hij werd overmand door emoties en was dusdanig aangedaan dat het er niet van kwam.
Een week later op 22 mei had ik een buitenhuwelijk bij De Breek. Toen de bruidegom uit de auto stapte bleek er een manchetknoopje op half zeven te hangen. Naald en draad waren niet in de buurt, maar bode Wilma wel, zij wist het knoopje handig vast te maken. Met de molen op de achtergrond en met een dak van schapenwolkjes boven onze hoofden gaven M&J elkaar het jawoord.
Aan het eind van de maand was Edam mijn werkplek en tot mijn grote vreugde werkte ik daar telkens samen met bode Kees. Op vrijdag 29 mei had ik 2 huwelijksvoltrekkingen: D&H om 14.00 uur en E&M om 15.30 uur. Ik had bijna kunnen blijven slapen, want de volgende ochtend kwamen om 9.00 uur E&J aangereden in hun trouwauto: een Rolls Royce Phantom.
Ik zoek bij al mijn huwelijken ook contact met de getuigen en/of ouders. Er werd vooral over de bruidegoms heel wat informatie gedeeld, dit tot grote hilariteit van de aanwezigen. Bruidegom H leek wel heel rustig en gesloten, maar geef hem een paar biertjes en hij krijgt praatjes voor tien. Bruidegom M werd geplaagd vanwege zijn hobby gamen en toen hij E ten huwelijk vroeg dacht zij dat het een grapje was en liep weg, M verbouwereerd en op één knie achterlatend. Bruidegom J wilde tijdens zijn eerste bijbaantje zijn gelkapsel niet verpesten en knipte daardoor de bovenkant uit het verplicht te dragen petje. Wat overbleef was een rand met een klep en een grote, open cirkel boven op zijn hoofd waardoor zijn met zorg gekapte haren keurig in model bleven zitten.
Het was een hectische maand, want naast de huwelijken stond ik begin mei een dagje in bruidshuis Het Boudoir, halverwege mei een dag op de braderie met Trouw-Partners en organiseerden wij als Trouw-Partners op 31 mei een Trouw inspiratiedag bij De Breek. Vergeet daarbij niet het drukke gezins- en sociale leven en mijn deeltijdbaan als Rijksambtenaar.
Af en toe dacht ik niet te weten hoe ik al die ballen in de lucht moest houden, maar ik kijk met plezier en vol trots terug op deze drukke, liefdevolle maand.
Het recept voor een goed huwelijk
Of ik vind dat ik een goed huwelijk heb? Daar antwoord ik volmondig ‘ja’ op. Waarom ik dat dan vind? Laat ik zeggen dat het een gevoel is. Net zoals het een gevoel is dat je moeilijk kan verwoorden wanneer iemand vraagt waarom je juist met hem/haar een toekomst op wilt bouwen. Waaraan ik merk dat ik een goed huwelijk heb? Bij voorbeeld aan de Valentijnskaart die ik vorig jaar van mijn echtgenoot kreeg. Hij schreef een gedicht dat begon met: ‘Jij bent mijn geluk en grote liefde.’ En aan het berichtje dat ik laatst van hem op mijn mobiel ontving: ‘Je bent geweldig, ik hou van je.’
We zijn inmiddels 32 jaar samen, waarvan 27 jaar gelukkig getrouwd. Op zijn 24ste verjaardag vroeg hij mij: ‘Zullen we dan maar op mijn 25ste verjaardag trouwen?’ Achteraf is dat niet alleen voor hem makkelijk te onthouden, het geeft nog meer voordelen. Toen hij 50 werd waren we 25 jaar getrouwd, dat vierden we in een keer. Als hij 65 wordt zijn we 40 jaar getrouwd, dat kunnen we weer in een keer vieren.
We vinden allebei dat we een goed team zijn en dat we de maatschap Dijkshoorn samen goed runnen. We hebben allebei ons werk en onze passie, waarin we elkaar steunen en vrijlaten. Voor mij is dat huwelijken voltrekken en voor mijn man is het de gemeentepolitiek.
We zijn trots op wat we samen bereikt hebben: we startten met ons tweetjes en inmiddels is ons gezin uitgebreid met onze 4 dochters en 3 schoonzoons. Natuurlijk zijn er de nodige irritaties. Soms krijg ik van mijn man het verwijt: ‘Vroeger begreep je me altijd meteen.’ Ja dat is logisch, toen hoefde ik mij alleen maar op jou te richten. Nu zijn er meerderen die, soms tegelijkertijd, mijn aandacht nodig schijnen te hebben. Ook krijg ik regelmatig van mijn dochters op mijn kop: ‘Mama weet je dat jij heel erg gemeen tegen papa kan praten?’ Toch zou ik niemand anders als partner of als de vader van mijn kinderen willen. Als ik het over moest doen, dan zou ik weer 100% voor mijn man kiezen.
Hubby zit op dit moment met oudste dochter in Nieuw Zeeland en ik ben met liefde thuis gebleven. Hij zei vaak: ‘Ik had wel meer van de wereld willen zien, maar jij wil niet.’ Waarop ik begin januari voorstelde dat hij een andere reisgenoot moest zoeken, want ik wil dit verwijt niet nog eens 35 jaar horen. Oudste bood zich graag aan en zo boekten zij begin januari hun tickets om 2 weken later te vertrekken. Via Whatsapp hebben we dagelijks contact en het maakt mij zielsgelukkig om op de foto’s te zien hoe mijn mannetje geniet en hoe relaxt hij eruit ziet. Zijn vakantie is een voorbeeld van hoe goed ons huwelijk is.
Wil je toch graag de ingrediënten en het recept voor een goed huwelijk weten, op smulweb kwam ik dit tegen:
http://www.smulweb.nl/recepten/1411201/Recept-voor-een-goed-huwelijk
Ingrediënten:
1 kilo goed humeur
2 plakken vertrouwen
1 teentje verlegenheid
1 trosje verliefdheid
1 pond vrijheid
2 koppen gezond verstand
1 blik op oneindig
1 flinke eetlepel verschil van mening
snufje discussiepoeder
1/4 liter goed gesprek
Bereidingswijze
1. Neem een grote pan en smelt daarin het pond vrijheid 2. Bak de – naar keuze dikke of dunne – plakken vertrouwen aan alle kanten goed bruin 3. voeg de rest van de ingrediënten toe en laat alles op een getemperd vuur gaar worden 4. laat het niet overkoken of aanbranden, maar af en toe de vlam wat hoger kan beslist geen kwaad! 5. overgiet het geheel met een flinke dosis liefde en maak het naar eigen fantasie af…
Winter Wonder Wedding Event
Op zondag 4 januari 2015 staat Trouwen met Manon op Het Winter Wonder Wedding Event in Het Fort Resort Beemster.
Jullie zijn tussen 11.00 en 15.00 uur van harte welkom om te ervaren hoe romantisch en stijlvol het kan zijn om in een winterse sfeer te trouwen.
Alles is liefde
Begin 2001 stond er een advertentie in een plaatselijk krantje. De gemeente Zeevang was op zoek naar een Buitengewoon Ambtenaar van de Burgerlijke Stand (BABS). Ik solliciteerde en werd uitgenodigd voor een gesprek met het hoofd burgerzaken. Het bleek dat ik de enige sollicitant was. Als opdracht kreeg ik mee: schrijf een fictieve trouwspeech. Ik interviewde een bevriend stel en vermengde hun antwoorden met het verhaal van onze eigen trouwambtenaar. Ten overstaan van 4 medewerkers van de gemeente stak ik het gefingeerde liefdesverhaal af. Twee van hen vormden het bruidspaar de anderen de getuigen. Mijn toespraak werd met luid applaus ontvangen en kort daarna werd ik op een zonnige dag in Haarlem beëdigd.